Kinderen krijgen te weinig hulp

Regio - Politici, ouders en juristen reageren geschrokken op het rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd die schrijft dat kinderen onvoldoende hulp krijgen van Gecertificeerde Instellingen als Samen Veilig Midden Nederland. Velen herkennen de problemen die de Inspectie schetst en noemen de situatie bij Samen Veilig ronduit 'slecht', schrijft RTV Utrecht op haar website.

De Inspectie kwam afgelopen week met een rapport over instellingen voor Jeugdbescherming en -reclassering (GI's). In de provincie Utrecht wordt die taak uitgevoerd door Samen Veilig Midden Nederland, een bedrijf dat ook Veilig Thuis, het meldpunt voor onder andere kindermishandeling onder zich heeft. Ook opereert het bedrijf onder de naam SAVE.

De inspectie stelt vast dat veel kinderen geen of onvoldoende hulp krijgen van GI's. De inspectie roept alle partijen in de keten op om onmiddellijk actie te ondernemen en verbeteringen aan te brengen.

Samen Veilig zelf stelt dat zij het relatief goed doen, het bedrijf verwijst naar een brief van de Utrechtse wethouder Eerenberg aan de gemeenteraad van Utrecht. Daarin staat dat veel van de door de inspectie geconstateerde problemen in mindere mate spelen bij Samen Veilig Midden Nederland.

Advocaat Martine Flipse is het niet met die constatering eens. Zij staat meerdere families bij in conflicten met Jeugdbeschermingsinstellingen. Zij behandelt ook zaken bij Samen Veilig: "Dat is, voor zover ik dat kan beoordelen één van de slechte in Nederland. Zij maken er echt een puinhoop van."

Net als de Inspectie constateert zij dat er geen hulp is voor veel kinderen die een ondertoezichtstelling hebben of uit huis zijn geplaatst. "En dan wordt het trauma voor zo'n kind veel groter." De Inspectie constateert dat één van de knelpunten het grote verloop van personeel is. Flipse onderschrijft dat. Zij vindt dat grote verloop bij Samen Veilig fnuikend. "Ze doen niets aan een bepaalde zaak, tot een week voor de zitting. En dan komt er een dag voor een zitting ineens een nieuwe gezinsvoogd tevoorschijn die het dossier niet kent en de familie of kinderen nooit gezien heeft."

Volgens Flipse vaart menig kinderrechter blind op de uitspraken van zo'n gezinsvoogd en luistert die niet naar de tegenargumenten van de ouders, zelfs niet als die andere deskundigen hebben ingeschakeld die precies het tegendeel beweren als de medewerker van Samen Veilig. "Ik heb in mijn praktijk voorbeelden van kinderen waarvan SAVE zegt dat ze mishandeld zijn. Dat wordt dan gesteld door een net afgestudeerde HBO-er, die dat soort dingen helemaal niet kan vaststellen." En als de advocaat daar een zogenaamde contra-expertise tegenoverstelt, waarin staat dat de kinderen helemaal niet mishandeld zijn, dan wordt die door een rechter van tafel geveegd.

Juriste Mariane Vlaming bevestigt dat de kritiek van de Inspectie zeker ook geldt voor Samen Veilig. Zij is naast jurist ook orthopedagoog, en staat families bij die te maken hebben met Samen Veilig en andere organisaties. Volgens haar gaat het juist bij Samen Veilig vaker mis dan elders in het land. Vlaming duidt op het personeelstekort en het grote verloop onder het personeel, want net als advocaat Flipse zegt ze: "Wat mij opvalt is dat er tijdens de zitting bij de rechtbank een medewerker van SAVE verschijnt, die niet eerder bij het dossier betrokken was. Die komt dan in de plaats van de betrokken gezinsvoogd. Deze nieuwe medewerker heeft de ouders en kinderen nooit eerder gezien of gesproken."

Vlaming heeft zogenoemde logbestanden in haar bezit, die volgens haar deze bewering onderbouwen. Ook benadrukt zij dat gezinnen vaak nauwelijks hulp krijgen of iemand van Samen Veilig zien, tot het moment dat er een zitting bij de kinderrechter komt. "De gezinsvoogden komen vlak voor de zitting in actie, ze gaan dan selectief rondbellen. Er wordt dan last minute een document opgesteld en naar de rechter gestuurd, en dat is in strijd met de goede procesorde." Volgens Vlaming staan ouders en hun advocaat machteloos.

Het rapport van de Inspectie is ook op het bureau van de Utrechtse wethouder Eelco Eerenberg (D66) geland. Hij schrijft in een brief aan de gemeenteraad dat de constateringen van de Inspectie ook voor Samen Veilig Midden Nederland gelden. Eerenberg benoemt de schaarste aan voldoende deskundig personeel in de jeugdbescherming, maar ook de schaarste aan beschikbare tijd en middelen en schaarste aan specialistische hulp. In de brief schrijft de wethouder dat Samen Veilig het goed doet als het gaat om het toewijzen van hulpverleners aan kinderen en dat kinderen binnen gestelde termijnen gezien worden.

De Utrechtse VVD-fractievoorzitter Dimitri Gilissen vindt de reactie van Eerenberg maar 'halfzacht'. De oppositiepartij vindt dat de wethouder teveel meebuigt met de beelden die de organisatie zelf schetst. Gilissen: "Het duurt me allemaal veel te lang. Vorig jaar beweerde het bestuur van Samen Veilig: 'We hebben het lek boven'. Maar ik merk daar bijna niets van."

Het beeld dat de inspectie schetst van GI's in Nederland maakt Gilissen verdrietig. "Het is een heel zorgelijk beeld." Het stoort de fractievoorzitter dat er wel eindeloze pakken papier worden geproduceerd, maar nauwelijks vooruitgang wordt geboekt. Bovendien valt het hem op dat mensen die echt kritiek hebben op Samen Veilig nog steeds niet gehoord worden: "Haal mensen die kritiek hebben naar binnen. Het is vijf over twaalf!" Wat hem betreft wordt de druk op Samen Veilig door de wethouder verhoogd.

De Utrechtse fractievoorzitter Sander van Waveren (CDA) ziet het rapport van de Inspectie als extra steun in de rug voor de eis van de gemeenteraad dat er bij Samen Veilig wat moet veranderen. "De landelijke trends zijn niet één op één naar de Utrechtse situatie te vertalen, maar komen wel voort uit dezelfde complexiteit en ondoorzichtigheid waarmee de jeugdzorg georganiseerd is. Ik ben blij dat wethouder Eerenberg in de brief ook schrijft dat hij aandringt op snellere uitvoering van het Utrechtse verbeterplan door Samen Veilig."

Dat verbeterplan presenteerde Samen Veilig vorig jaar onder de naam Veranderagenda. Het Vewey-Jonker Instituut is een onafhankelijk onderzoeksbureau. Zij heeft naar de voortgang van die veranderagenda gekeken en stelt vast dat de uiteindelijke doelen van die veranderagenda nog niet zijn gehaald. Volgens de onderzoekers is het fundament gelegd, maar stokt de voortgang, onder andere vanwege de corona-crisis. Het instituut komt met een aantal aanbevelingen. Daarnaast stelt het instituut in haar rapport vast, wat de inspectie ook vindt: er is een veel te groot verloop onder het personeel van Samen Veilig, en de werkdruk is veel te hoog.

Bestuurder Paul Jansen van SVMN noemt het landelijk oordeel dat de Inspectie geeft over de jeugdzorgsector 'zorgwekkend'. Toch herkent hij zich niet in het beeld dat RTV Utrecht van zijn organisatie schetst. Hij verwijst daarvoor naar de brief van wethouder Eerenberg: "Hierin staat dat veel van die door de inspecties geconstateerde problemen in mindere mate bij Samen Veilig Midden-Nederland spelen. Daarom herkennen we ons niet in de door RTV Utrecht geuite suggestie dat er bij ons door de Inspecties zou worden ingegrepen."

Bron: RTV Utrecht


advertentie