Utrecht/Mijdrecht – Lothar M. die vorig jaar vanuit het niets bekende dat hij 13 jaar geleden een dodelijke brand heeft gesticht in een stomerij in Mijdrecht, is veroordeeld tot 7 jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging. Bij de brand kwam de eigenaar van de zaak om het leven.
Volgens de Utrechtse rechtbank is de 43-jarige M., die destijds in Mijdrecht woonde, vanwege ernstige psychische stoornissen verminderd toerekeningsvatbaar. Maar volgens de rechters heeft hij een geloofwaardige verklaring afgelegd, die door voldoende bewijs wordt ondersteund.
Destijds werd al vrij snel aangenomen dat de brand binnen was ontstaan door kortsluiting. Maar M. zegt dat hij aan de achterzijde van de stomerij een hoop afval en een plastic tuinstoel in brand heeft gestoken. Experts van het NFI zeggen dat de verklaring van M. aannemelijker is dan de oorspronkelijke vermoedens. Ook was er destijds een getuige die rook en vlammen uit de achtertuin zag komen.
Volgens de rechtbank had M. kunnen weten dat hij veel schade en leed zou veroorzaken door brand te stichten, vooral ook omdat het een oud pand was met een rieten dak. De stomerij en de winkel ernaast werden volledig verwoest. De eigenaresse van die winkel is zwaar gedupeerd en heeft nog altijd last van de gevolgen. De schadevergoeding van € 1.000 waar zij om vroeg, moet M. van de rechtbank betalen.
Naast de brandstichting is de man volgens de rechtbank ook schuldig aan ernstige doodsbedreigingen aan het adres van een medebewoner van een huis in het Gelderse Epse, waar hij onder begeleiding woonde. Twee weken geleden waarschuwde M. de rechtbank dat hij nog steeds denkt aan het vermoorden van deze man, die doodsbang voor hem is.
Volgens de rechtbank leidt M. aan ernstige psychische stoornissen. Of dat indertijd ook al het geval was, is niet met zekerheid vast te stellen, maar het is wel waarschijnlijk. Om de samenleving tegen hem te beschermen is langdurige en intensieve behandeling in een kliniek nodig. Daarvoor is opname in een gesloten tbs-kliniek met dwangverpleging noodzakelijk, meent de rechtbank.
M. was zelf zonder advocaat bij de zitting aanwezig en maakte een opvallend montere indruk. Hij leek zelfs opgelucht te zijn. Bij eerdere zittingen riep hij herhaaldelijk dat hij geestelijk ziek is en hulp nodig heeft. “Ik ga niet in hoger beroep, ik accepteer wat er uitgesproken is. Ik ben dit schuldig aan de maatschappij”, zei hij toen de rechter hem het vonnis had voorgelezen.
Mocht M. na overleg met zijn advocaat tot andere gedachten komen, dan heeft hij twee weken de tijd om hoger beroep aan te tekenen. Zijn advocaat pleitte er twee weken geleden voor om hem zonder verdere gevangenisstraf in een kliniek op te laten nemen. De eis van het Openbaar Ministerie was gelijk aan de uiteindelijke straf voor de verdachte.
Bron: RTV Utrecht
Studio
Rendementsweg 10d
3641 SK Mijdrecht
E-mail
redactie@rtvrondevenen.nl
Telefoon Redactie
0297 - 286004